Ik zie, ik zie wat jij niet ziet …

We kijken eigenlijk met onze hersenen om zo informatie op te nemen en te verwerken. Maar hierbij zijn onze ogen van cruciaal belang. Ogen lijken op het eerste gezicht niet zo veel te verschillen, wat maakt dat uit?
Wat als blijkt dat de ogen maar een deel van het geheel waarnemen of op een ander punt samenkomen dan het midden? Wat als het ene oog harder werkt dan de ander en je feitelijk met één oog kijkt. Dit heeft gevolgen voor je totale waarneming, beleving en ruimtelijk inZICHT. Het werkt door op ons gehele informatiesysteem: hoe komt informatie binnen en hoe ga je ermee aan de slag. Denk aan bijvoorbeeld vakken als (begrijpend) lezen en rekenen. Maar het kan ook grote gevolgen hebben voor de motoriek, grenzen durven stellen, concentratie, het schrijven en het gedrag.

Soms doen ogen extra hun best door geforceerd scherp te stellen. En wat zou je doen als je teksten leest, maar de letters blijken steeds te bewegen, vervagen of elkaar te overlappen. Wat als de ogen een woord of zelfs een hele zin overslaan, dan mis je toch informatie. Knap irritant. Lezen en schrijven worden zo geen hobby.

Het is dus zeker niet vanzelfsprekend dat wat jij ziet de ander ook precies zo ziet en je dus over hetzelfde praat.

Betekenis zicht en zien

Zicht en zien zijn 2 kleine woordjes die allebei te maken hebben met de ogen, maar ieder een eigen betekenis heeft. Scherp zicht hebben is namelijk iets anders dan goed kunnen zien.
Het woord ‘zicht’ betekent het vermogen om lichtprikkels via de ogen door te seinen naar onze hersenen. Net als INzicht en OVERzicht.
Met het woord ‘zien’ bedoelen wij het vermogen om visuele prikkels welke via de ogen binnenkomen, juist te verwerken en te begrijpen. Dit is gekoppeld aan de functie van de hersenen. Zien is een visuele vaardigheid, net als oog-volgbewegingen, fixeren, het scherpstellen, zijzicht (perifere waarneming) en diepteperceptie.
Als er een probleem is met de visuele vaardigheden dan spreken we over visuele disfuncties.

Herkennen

Visuele disfuncties uiten zich vaak in een reeks vage maar aanhoudende klachten. Enkele voorbeelden hiervan zijn:

  • problemen hebben met leren, lezen en slecht/onleesbaar schrijven
  • slechte of korte concentratieboog
  • onrustig zijn, niet stil kunnen zitten
  • verminderde grove of fijne motoriek
  • slechte oog-hand coördinatie
  • niet willen lezen
  • regelmatig of soms last hebben van hoofdpijn of wazig zien
  • branderige of jeukende ogen
  • geen diepte zien en moeite hebben met snelheden inschatten bij het verkeer of sporten.

    Een verminderde oogsamenwerking kan effect hebben op tekstbegrip/begrijpend lezen, de concentratie, het leren en toepassen van spellingsregels, het achterblijven van de leessnelheid en een slordig of onleesbaar handschrift.

    Een verminderd ruimtelijk zien kan een verstorende werking hebben op zowel de fijne als grove motoriek. Dit is te herkennen aan bijvoorbeeld houterig bewegen, bang zijn voor de bal, maar ook onhandigheid of regelmatig tegen zaken opbotsen/struikelen.

Fixatie Disparatie en dyslexie

Fixatie Disparatie, afgekort FD, is een moeilijke term maar wil zeggen dat de ogen beelden niet tot één beeld met één brandpunt samenvoegen, maar beelden juist elkaar overlappen. Het gaat hier om een oogafwijking, waarbij de ogen niet goed samenwerken. Het brandpunt van het ene oog ligt niet op het brandpunt van het andere oog. Dit kan veel symptomen en een reeks van klachten veroorzaken. Om een paar te noemen: moeite met lezen en schrijven: woorden of cijfers overslaan of omdraaien, radend lezen of eigen invulling geven, veel schrijf- en spellingsfouten of moeite hebben met tussen de lijntjes schrijven.

Deze beschreven symptomen van FD lijken veel op kenmerken van dyslexie. Ze verschillen wel wezenlijk van elkaar, namelijk dat dyslexie is aangeboren en FD ontwikkelt zich pas in een later stadium. Bij FD is het ook goed mogelijk om dit te verbeteren of kan zelfs verdwijnen, terwijl bij dyslexie het blijvend is en er specifieke middelen zijn om een helpende hand te bieden.

Visuele screeningtest

De manier waarop onze ogen informatie krijgen, heeft invloed op ons vestibulair systeem (houding en beweging). Ik werk vanuit een motorische invalshoek, waarbij gekeken wordt naar evt. ongecontroleerde oogbewegingen, houding en balans van het lichaam en de relatie tot leren lezen, rekenen en schrijven. Tijdens de screening staan centraal het richten van de ogen, de oogsamenwerking en (aanpassingen van) het lichaam. Dat geeft mij informatie over de bewegingsoefeningen die we kunnen aanbieden. Verder geeft de screening informatie over de senso-motorische ontwikkeling. Deze ontwikkeling heeft veel invloed op hoe uw kind leert, durft, doet en beweegt. Bij de visuele screening maken we gebruik van de biopter.

Meer weten of een afspraak maken voor een visuele screeningstest? Neem vrijblijvend contact met mij op.